Uit onderzoek blijkt dat zowel je manier van denken als je manier van doen en laten van invloed is op het ontstaan van klachten en problemen. In cognitieve gedragstherapie sporen we storende, negatieve en ongezonde gedachten op en veranderen deze samen met jou. Daarnaast krijg je advies over wat je moet doen of laten om je gedrag in de gewenste richting te veranderen. De juiste combinatie van denken en doen leidt stapsgewijs tot vermindering van klachten.
De gedragstherapie gaat ervan uit dat als je gedrag anders aanpakt dit ook een positieve invloed heeft op hoe je voelt en denkt. Zo is de beste manier om bijvoorbeeld van angsten te genezen door onder begeleiding juist te doen waar je bang voor bent. Bij De OpgroeiPraktijk helpen we je hiermee door samen opdrachten voor te bereiden en waar nodig samen uit te voeren. Naast het afleren van ongewenst gedrag kun je ook leren gewenst gedrag te versterken.
EMDR is een krachtige methode die is ontwikkeld als hulpmiddel bij het behandelen van onverwerkte traumatische ervaringen of herinneringen die tot allerlei klachten kunnen leiden horend bij het Posttraumatisch Stress syndroom. Bij deze methode zet je je brein actief in om nare beelden en negatieve emoties te verminderen.
Oplossingsgerichte therapie is een actieve vorm van behandeling gebaseerd op de positieve psychologie. Als je problemen hebt, richt je je vaak teveel op wat er niet goed gaat of wat je niet goed doet. Maar er zijn altijd dingen die jou wel lukken (al is het maar een beetje) of die beter gaan (dan je denkt). Door meer nadruk te leggen op de dingen die wel lukken en het positieve, leer je anders naar je problemen te kijken, je er anders door te laten voelen en ze op te lossen.
Systeemtherapie is een ander woord voor relatie- en gezinstherapie. Het betekent dat we de partner of gezinsleden direct bij de behandeling betrekken en ook aan de gesprekken laten deelnemen. De centrale cliënt kan zowel een volwassene als een kind zijn. In de systeemtherapie spelen partners of gezinsleden een belangrijke rol in het veranderen van klachten en problemen, omdat zij van invloed zijn op de cliënt en de cliënt op hen. Bij De OpgroeiPraktijk hebben wij vaak de “systeembril” op. Dat wil zeggen dat wij erop gericht zijn om gezinsleden en het sociale netwerk van de cliënt zoveel mogelijk bij de behandeling te betrekken.
In ouderbegeleiding werken we aan het veranderen van gedrag, klachten en problemen van een kind door middel van het veranderen van reacties van de ouders op dit gedrag. Deze methode gebruiken we veel als het kind nog erg jong is, omdat de ouders de belangrijkste bron van leren zijn voor een kind. De therapeut bespreekt met de ouders hoe zij via verandering van hun reactiepatroon tevens het gedrag van hun kind kunnen veranderen.
IMH is een methode die vooral gericht is op de allerkleinsten, (huil)baby’s, dreumesen en peuters en hun ouders. Problemen van hele jonge kinderen of problemen bij de ouders zelf kunnen van invloed zijn op de ontwikkeling van de hechtingsrelatie tussen kind en ouders en daarmee op de persoonlijkheidsontwikkeling en het zelfbeeld van het kind op latere leeftijd. IMH-therapie is erop gericht deze relatie (weer) te herstellen en gebruikt de relatie tussen ouders en kind voor de aanpak van gedragsproblemen bij het kind.
Theraplay is een speelse methode, waar ouder en kind samen aan deelnemen om de ouder-kindrelatie te verstevigen. Bij Theraplay verbeteren we de relatie tussen ouder en kind met behulp van speelse, verzorgende en uitdagende activiteiten. Als ouder leer je je kind beter aan te voelen en te begrijpen. Door de activiteiten die je samen met de therapeut en je kind doet verbetert het contact. Je ervaart hoe de therapeut de interactie met je kind opbouwt en jij wordt daar als vanzelfsprekend in betrokken. Deze ervaring helpt je om sommige activiteiten zelf thuis ook toe te passen, zowel op momenten waarop je echt iets samen wilt doen, als op de gewone dagelijkse momenten. Het resultaat van Theraplay is een verbeterde gehechtheidsrelatie tussen ouder en kind en een positiever zelfbeeld bij het kind.
ACT staat voor Acceptance and Commitment Therapy. Dit is een vorm van gedragstherapie die je helpt om op een flexibele manier om te gaan met de obstakels die je tegenkomt (Acceptance), zodat je kunt blijven investeren in de dingen die je écht belangrijk vindt (Commitment).
ACT bestaat uit zes verschillende vaardigheden:
ACT bestaat uit zes verschillende vaardigheden:
- Acceptatie: Ruimte maken voor vervelende ervaringen.
- Defusie: Afstand nemen van je gedachten.
- Het Zelf: Flexibel omgaan met je zelf(beeld).
- Hier en Nu: Aandacht voor het Hier en Nu.
- Waarden: Stilstaan bij wat je echt belangrijk vindt.
- Toegewijd Handelen: Investeren in je waarden.
Deze ACT-vaardigheden zorgen er samen voor dat iemand psychologisch flexibeler wordt. Het doel van ACT is dus niet zozeer het reduceren van klachten, maar het ontwikkelen van persoonlijke veerkracht. Bij ACT maken we veel gebruik van metaforen en oefeningen; je ontwikkelt zo op een ervaringsgerichte manier de verschillende ACT-vaardigheden.
Methodes uit de (cognitieve) gedragstherapie doen wij ook in groepsverband. Het trainen van nieuw gedrag gaat in veel gevallen nu eenmaal sneller in een groep dan alleen. Ook versterk je het leereffect als je van en met elkaar leert. Bij het leren van sociale vaardigheden bijvoorbeeld, kun je in een therapiegroep meteen aan de slag met oefenen.