Zuigelingen: tussen 0 en 1,5

In deze fase leggen kinderen de basis voor het vertrouwen en zelfvertrouwen in hun verdere leven door middel van een warme en veilige verzorging. Vanuit deze veilige basis kan het kind op onderzoek uit gaan. Kinderen ontdekken in de eerste achttien maanden een heleboel nieuwe dingen! Ze ontdekken bijvoorbeeld dat ze handen en voeten hebben en dat ze deze zelf kunnen bewegen. Ze komen tot de ontdekking dat ze in hun handen kunnen klappen en geluidjes kunnen maken. Het kind leert hoe hij kan gaan kruipen, zitten, zich op kan trekken en kan gaan staan. Kinderen laten steeds meer non-verbale emotionele reacties zien zoals bijvoorbeeld lachen en laten hun eerste woordjes horen, zoals bijvoorbeeld mama en papa. Kinderen leren vooral door te ervaren, herhalen en imiteren.

Kenmerkende opvoedingsvragen zijn:
Mijn kind wil niet in zijn eigen bedje slapen, huilt veel, wil niet eten, maakt weinig contact met zijn omgeving, is angstig, is erg eenkennig, wil alleen door moeder getroost worden, is erg driftig.